Omgaan met taalbarrières in de zorg en het sociaal domein

In Nederland wonen bijna 2,5 miljoen mensen voor wie het Nederlands niet de moedertaal is. Ze zijn hier gekomen om te werken, te studeren, om familieredenen of omdat ze hun land zijn ontvlucht. Onder hen zijn veel mensen met wie zorgverleners niet of niet optimaal kunnen communiceren zonder taalondersteuning. Een richtlijnwerkgroep ontwikkelt hiervoor momenteel een module. De werkgroep bestaat uit tolken, vertegenwoordigers van professionals uit de zorg en het sociaal domein, patiënten en cliënten. 

Over de richtlijnmodule en de werkgroep

De module zal antwoord geven op vragen als: wanneer is een professionele tolk nodig? En in welke situaties kan een vertaalprogramma of -apparaat helpen? En ook: wat zijn de voor- en nadelen van deze instrumenten en hoe kun je ermee werken? De richtlijnwerkgroep bepaalt op welke vragen de richtlijnmodule antwoord zal geven. En formuleert vervolgens op basis van kennis uit wetenschappelijk onderzoek en ervaringen uit de praktijk aanbevelingen en overwegingen. De richtlijnmodule helpt professionals, patiënten en cliënten bij het kiezen van een methode als er sprake is van een taalbarrière. En het biedt praktische handvatten voor het gebruik van de verschillende methoden. 

Eén landelijke oplossing maakt alles makkelijker

In 2012 trok het ministerie van VWS de stekker uit de subsidie voor de landelijke tolkendiensten. Sindsdien worstelen zorgverleners en niet-Nederlandstalige cliënten in de zorg en het sociaal domein met het overbruggen van de taalbarrière. Dat moet anders, stelt Simone Goosen, campagneleider Tolken terug in de zorg, alstublieft, namens de Johannes Wierstichting voor gezondheidszorg en mensenrechten. “Als de communicatie niet goed verloopt, kan er geen passende zorg of ondersteuning geboden worden.”

Nieuwsbrief

In onze eerste nieuwsbrief lees je meer over de start van het project, de succesvolle invitational conference met zo’n 100 deelnemers(!) en de volgende stappen in het project. Verder geven we een kort overzicht van de politieke ontwikkelingen rondom de financiering van tolken.

Nieuwsbrief

Wil je op de hoogte blijven? Meld je dan hier aan voor onze nieuwsbrief. Hierin brengen we je op de hoogte van al het nieuws over het project 'Generieke Richtlijnmodule Taalbarrières'.

Verslag van Invitational Conference

Op vrijdag 31 maart 2023 vond de invitational conference van het project Generieke richtlijnmodule Omgaan met taalbarrières in de zorg en het sociaal domein plaats. We kijken terug op een zeer geslaagde bijeenkomst met zo’n 100 professionals uit zeer diverse domeinen en beroepsgroepen. Uit het grote aantal deelnemers en de reacties blijkt de grote behoefte aan handvatten voor het omgaan met taalbarrières in de zorg en het sociaal domein.

Hoezo een nieuwe richtlijn?

Eind 2019 deed de Johannes Wier Stichting voor gezondheidszorg en mensenrechten (JWS) een krachtige oproep aan Zorginstituut Nederland: ‘geef prioriteit aan het ontwikkelen van een professionele richtlijn voor het omgaan met taalbarrières in de zorg en het sociaal domein.’ De oproep werd ondertekend door ruim 200 beroeps- en patiëntenorganisaties, hoogleraren en professionals uit de zorg en het sociaal domein. Al snel onderschreven Zorginstituut Nederland en het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS) het belang van de oproep.

De huidige richtlijn, de Kwaliteitsnorm tolkgebruik bij anderstaligen in de zorg is toe aan vervanging. Expertisecentrum gezondheidsverschillen Pharos, artsenfederatie KNMG en Patiëntenfederatie Nederland ontwikkelden in 2014 deze norm samen met andere beroepsorganisaties. Maar de norm werd maar beperkt geïmplementeerd, onder andere omdat de financiering van tolken voor veel vormen van zorg en maatschappelijke ondersteuning een knelpunt is. Ook zijn er verschillende ontwikkelingen die maken dat inhoudelijke aanpassingen nodig zijn. Zoals de wijzigingen in de Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst en de beschikbaarheid van digitale hulpmiddelen.

Ook zijn er veel nieuwe onderzoeksresultaten over het ondersteunen van de communicatie. Kortom: er is behoefte aan een richtlijn die ook ingaat op andere manieren om de communicatie te ondersteunen. De Patiëntenfederatie besloot in overleg met beroepsorganisaties het projectleiderschap op zich te nemen voor de nieuwe richtlijnmodule. De Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie ZonMw stelde financiering beschikbaar. We gebruiken de term generieke richtlijnmodule omdat de adviezen die de richtlijnwerkgroep gaat opstellen van toepassing zijn in de hele zorg en het sociaal domein.

Hoe ontwikkelen we de richtlijnmodule?

We volgen de AQUA-leidraad voor het ontwikkelen van richtlijnen in de zorg. De richtlijnwerkgroep analyseert en prioriteert de knelpunten op basis van praktijkervaringen en kennis uit wetenschappelijk onderzoek. Vervolgens formuleert ze de uitgangsvragen. Daarna stelt de richtlijnwerkgroep per uitgangsvraag aanbevelingen op met daarbij de overwegingen.

Naast de organisaties die vertegenwoordigd worden in de richtlijnwerkgroep, betrekken we zoveel mogelijk andere relevante organisaties en vragen hen om input. In de beginfase organiseren we een bijeenkomst op uitnodiging en in de afrondingsfase een brede commentaarronde. We bieden de richtlijnmodule vervolgens aan beroeps- en patiëntenorganisaties aan voor autorisatie.

De figuur hieronder geeft de stappen weer.

bron: PGO-support
Stappen in richtlijnontwikkeling volgens de methodiek van de AQUA-leidraad

Wie voeren het project uit?

De richtlijnwerkgroep zal bestaan uit vertegenwoordigers van organisaties van anderstaligen, professionals in de zorg en het sociaal domein en tolken, een vertegenwoordiger van expertisecentrum gezondheidsverschillen Pharos. De richtlijnwerkgroep wordt ondersteund door de projectgroep.

Organisaties die vertegenwoordigd zijn: patiëntenorganisatie SGAN (Stichting Gezondheid Allochtonen Nederland) en beroepsorganisaties BPSW (sociaal werkers), KAMG (artsen maatschappij en gezondheid), KNMP (apothekers), KNOV (verloskundigen), NHG (huisartsen), NIP (psychologen), NIV (internisten), NVOG (gynaecologen), NVvH (chirurgen), NVvP (psychiaters), ORTV (tolken), Pharos (Expertisecentrum Gezondheidsverschillen) en V&VN (verplegenden en verzorgenden). Artsenfederatie KNMG onderschrijft het belang van het project en denkt mee over juridische en ethische aspecten.

De Projectgroep bestaat uit Simone Goosen (projectleider, Patiëntenfederatie Nederland), Linda Daniels en Aja Al-Waely (Patiëntenfederatie Nederland), Barbara Schouten, Nida Gizem Yilmaz, Liza van Lent (Amsterdam School of Communication Research, UvA), Miranda Langendam (Amsterdam UMC) en Jako Burgers (op persoonlijke titel).

Randvoorwaarden voor het omgaan met taalbarrières

Met artsenfederatie KNMG, Patiëntenfederatie Nederland, beroepsvereniging voor professionals in het sociaal werk BPSW en GGD GHOR Nederland hebben wij een brief naar minister Helder gestuurd om wederom te vragen om structurele oplossingen voor de toegang tot tolken voor alle professionals in de zorg en het sociaal domein. Het ministerie van VWS liet in een brief weten te streven naar ‘maatwerkoplossingen voor de sectoren waar dit echt nodig is’. De argumenten en de insteek van het ministerie zijn teleurstellend.

De Samenwerkende Beroepsorganisaties Jeugd (SBJ) hebben 18 januari een oproep gedaan aan de leden van de Tweede Kamer waarin ze vragen om een landelijke oplossing voor de toegang tot tolken voor de jeugdzorg. In juni 2023 riep de SBJ de Kamerleden met een brief hiertoe ook al op. De Tweede Kamer diende in juni meerdere moties in om bij VWS aan te dringen op goede toegang tot tolken voor de zorg en het sociaal domein.

De Tweede Kamer nam in juni 2023 meerdere moties aan over tolken in de jeugdzorg.

Wil je meer informatie?

Voor meer informatie kun je contact opnemen met:

Aja Al-Waely, projectondersteuner
Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
M 06 27192288 (ma t/m wo) 

Dit project wordt uitgevoerd met financiering van de Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie ZonMw. De projectperiode loopt van oktober 2022 tot en met september 2024.

Is deze pagina nuttig?
Bedankt voor je feedback!